Een goed resultaat op het EP‑examen begint met een slimme voorbereiding. Met de juiste planning, gerichte oefening en rust op de dag zelf vergroot je je slagingskans aanzienlijk. In dit artikel vind je vijftien praktische tips die werken voor zowel starters als doorstromers.

1. Werk met een realistische studieplanning

Plan 4–6 korte focusblokken per week (25–40 min) en koppel elk blok aan een concreet doel: een hoofdstuk, een type opgave of een oefenexamen. Reserveer extra tijd voor onderwerpen die je lastig vindt.

2. Leer de EP‑methodiek in vaste stappen

Hanteer een vaste volgorde voor gegevens verzamelen, aannames motiveren, rekenstappen noteren en resultaten controleren. Door consequent te werken voorkom je slordigheidsfouten.

3. Oefen gericht met examenvragen

Wissel theorie met praktijk af. Maak na elk hoofdstuk 3–5 examengerichte vragen en één samengestelde case. Evalueer je fouten en noteer herstelacties.

4. Bouw een persoonlijke formulekaart

Vat vaak gebruikte formules, parameters en controlechecks samen op één A4. Het herschrijven versterkt je begrip en versnelt je rekenwerk.

5. Schrijf je rekenpad uit

Noteer tussenstappen en eenheden. Dat maakt je werk controleerbaar en helpt bij het spotten van vergissingen voordat je afrondt.

6. Tijdstrategie: 80/20

Besteed 80% van de tijd aan de punten die je zeker kunt halen, en 20% aan lastige opgaven. Blijf niet hangen; zet lastige vragen tijdelijk parkeer.

7. Simuleer de examenomgeving

Maak ten minste twee oefenexamens onder tijdsdruk, met dezelfde hulpmiddelen en zonder afleiding. Dit vermindert spanning op de echte dag.

8. Ken je software en hulpmiddelen

Zorg dat je vertrouwd bent met de reken- of invoersoftware die je mag gebruiken. Sneltoetsen en sjablonen besparen kostbare minuten.

9. Focus op begripsfouten

Analyseer je missers: was het kennis, interpretatie of rekenwerk? Richt je volgende studieblokken op die categorie.

10. Herhaal slim met spaced repetition

Plan herhaalmomenten op dag 1, 3 en 7. Korte, actieve herhaling werkt beter dan één lang blok.

11. Check de logistiek op tijd

Weet waar en wanneer je examen is, wat je meeneemt (legitimatie, toegestane hulpmiddelen) en hoe je er komt. Stress vermijden = focus winnen.

12. Slaap en energie

Een uitgeruste hersenen presteren beter. Slaap de twee nachten voor het examen 7–8 uur en eet licht maar voedzaam.

13. Lees de vraag tot het einde

Onderstreep kernwoorden en randvoorwaarden. Controleer of je antwoord precies is wat er gevraagd wordt.

14. Doe een eindcontrole

Laat de laatste 10 minuten vrij voor controle: kloppen eenheden, ordegroottes en afronding? Heb je alle vragen ingeleverd?

15. Blijf rustig bij tegenslag

Loop vast? Adem uit, noteer wat je wél weet en pak een volgende vraag. Een enkele moeilijke opgave bepaalt niet je eindscore.

Tot slot: consistentie wint. Met een goede planning en gerichte oefening ga je met vertrouwen je EP‑examen in.